Als u een werknemer in dienst heeft met een ziekte of handicap en deze werknemer ontvangt een WAJONG-uitkering, dan kunt u mogelijk in aanmerking komen voor loondispensatie. Het UWV stelt op uw verzoek de loonwaarde van de werknemer vast en bepaalt of u de werknemer tijdelijk minder (dan het minimumloon) mag betalen.
Als een werknemer langer dan 2 maanden bij u in dienst is, mag u vragen of de werknemer een arbeidsgehandicapte status heeft. Het kan zo zijn dat een werknemer al enige tijd bij u werkt en u nooit verteld heeft dat hij eerder een WAJONG-uitkering heeft ontvangen. Als de werknemer u verteld dat hij een WAJONG heeft ontvangen, kunt u alsnog een verzoek tot loondispensatie indienen. Meer informatie vindt u op de website van hetUWV.
Er zijn de laatste jaren steeds meer zelfstandigen zonder personeel gestart. Deze zelfstandigen lopen in de praktijk nog al eens tegen problemen aan. Zo komen zij vaak niet in aanmerking voor bijstand voor ze hun pensioen hebben opgegeten en is er geen collectieve pensioenregeling. Staatsecretaris Klijnsma wil hier samen met de belangenorganisaties verandering in aanbrengen.
In december is in het Pensioenakkoord al een belangrijke stap gezet voor de zzp’ers door het pensioen te beschermen in het geval van een verzoek om bijstand. De belangenorganisaties willen nu ook een collectieve pensioenregeling mogelijk maken. Staatssecretaris Klijnsma wil ook dit mogelijk maken en deze regelingen verankeren in wetgeving. Lees verder.
Als een werkgever een cao van toepassing verklaard waarin staat dat een werknemer zijn studiekosten moet terug te betalen als hij binnen twee jaar na beëindiging van de opleiding vrijwillig het bedrijf verlaat, kan de werknemer een nadeligere studiekostenregeling die in de arbeidsovereenkomst zelf staat niet tegengeworpen worden.
Het bedrijf Gebo is een vervoersbedrijf. De heer A is op kosten van Gebo opgeleid tot beroepsmatig buschauffeur. Gebo heeft een studiekostenbeding opgenomen in de arbeidsovereenkomst waaruit volgt dat de heer A in bijna alle gevallen gehouden is om de studiekosten gedeeltelijk te voldoen wanneer het dienstverband binnen vier jaar na beëindiging van de opleiding wordt verbroken.
In dit geval was het zo dat de heer A al een aantal contracten voor bepaalde tijd had gehad en dat Gebo daarom het contract niet meer wilde verlengen. Gebo heeft echter wel aangegeven dat zij de heer A voor drie maanden wilde laten werken bij een collega ondernemer. Na die drie maanden kon Gebo dan weer een contract voor bepaalde tijd sluiten met de heer A. De heer A koos er echter voor om bij een ander bedrijf een contract te aanvaarden. Gebo wenste daarop met beroep op het studiekostenbeding in de arbeidsovereenkomst de studiekosten op de heer A te verhalen. De kantonrechter honoreerde echter het verweer van de heer A . De heer A beriep zich op het feit dat de cao geen terugbetalingsregeling kende wanneer de werkgever er bewust voor koos om een contract niet te verlengen en dat de gunstigere Cao bepaling moest prevaleren.
Bron: ECLI:NL:RBOVE:2013:3571